You are here: Home Blog nano nano - eerst nog naar de supermarkt, Ann Meskens

nano nano - eerst nog naar de supermarkt, Ann Meskens

Waar is het karretje? Een pot verf. Notitieboekjes. Een fles wijn. Make-up. En wat hebben we vervolgens, ouderwetse kousophouders? Vooraleer ik de DEAF-tentoonstelling binnenstap, loop ik een vlakbij geparkeerde supermarkt op wielen in. Buiten op de bus staat de merknaam in een hip zwart-wit logo. Binnenin staat bereidwillig personeel in een hygiënisch witte jas naast een beperkte uitstalling van producten. Welkom in de NANO-supermarket.

 

Waar is het karretje?
Een pot verf. Notitieboekjes. Een fles wijn. Make-up. En wat hebben we vervolgens, ouderwetse kousophouders?
Vooraleer ik de DEAF-tentoonstelling binnenstap, loop ik een vlakbij geparkeerde supermarkt op wielen in.
Buiten op de bus staat de merknaam in een hip zwart-wit logo. Binnenin staat bereidwillig personeel in een hygiënisch witte jas naast een beperkte uitstalling van producten. Welkom in de NANO-supermarket.
Ik beken, ik sta te kijken van het ingenieuze gehalte van de producten.
Maar meer dan een uur later sta ik er nog.
Niet dat ik word opgehouden door een rij wachtenden aan de kassa. Die is er niet eens. Het aardige personeel is hier niet om de waar te verkopen of lastige vragen van klanten te beantwoorden, ze zijn hier om ethische kwesties aan de orde te stellen. Welaan. Hun winkelproducten zijn voornamelijk gedachten-experimenten. Vandaag toch nog, want soms is de werkelijke haalbaarheidsfactor van zo’n nano-ding al erg hoog.
Neem de verf.Prachtig toch? Men schildert zijn interieur in een neutrale basiskleur en via touch-screen kiest men later elke mogelijke kleur. Weg onhandige klus. Weg ook verfplezier. Weg saaie gewenning. Maar ook weg rustgevende continuïteit.
En hoe zit het met een archaïsch begrip als patina, de tijd zelf die langzaam onze huismuren kleurt? Hebben we in de toekomst louter nog muren met de eeuwige jeugd?
Welke keuzes maken we?
Niet alles wat mogelijk is, is ook wenselijk.
Maar laat ons niet naïef zijn.
Alles wat mogelijk is, vindt meestal zijn of haar weg.
Kijk, zo praten we op een donderdagmiddag in de supermarkt eens niet over het weer van de laatste dagen.Maar over het menselijke ingrijpen in de natuur, de film Jurassic Park van Spielberg en even later over de chaos-theorie. We praten over Franse wijnboeren, een oude wijnkelder en over nano-wijn die in essentie alle wijnen bevat en pas in de microgolf zijn ware aard toont.
Hoopgevend en onrustwekkend. Alle producten roepen die mens eigen reactie op.
Hoe dichter bij het lichaam, hoe meer onrust, zo lijkt het toch.
Make-up die ons gezicht fundamenteel aanpast aan elke nieuwe situatie?
Notitieboekjes met schrijfblaadjes van (onze) huid die als vanzelf groeien?
De techniek is misschien geen echte science-fiction meer, maar het gebruik ervan mogelijk nog wel. Ik denk na, zelfs als stokoud vrouwtje wil ik liever geen kous die zichzelf angzaam omhoog trekt op mijn been. Ik loop nog liever blootsvoets rond.
Maar zo’n levende lichtgevende lamp, zet maar op mijn bureautje!
Het is nog even wachten op de productie. Maar wellicht ook nog vaak op kopers, op Mork en Mindy zeg maar.