“Ik geloof niet in natuur” Interview met Tuur van Balen, Evelien Pieters
Ik spreek Tuur van Balen leunend tegen de auto waarop zijn werk Pigeon d’Or is tentoongesteld. Een werk waarin hij voorstelt duiven zeep te laten poepen.
Waarom duiven?
Ik ben vanuit mijn jeugd in België vertrouwd met de duivensport. Ik kom uit Leuven. Ik heb mijn project vernoemd naar het café waar de duivenliefhebbers zich verzamelen daar. De wereld van de duivensport bevindt zich in eenzelfde ethisch grijze zone als de synthetische biologie. Synthetische biologie houdt zich bezig met het herontwerpen van levende cellen, meestal bacteriën. Ook duivenmelkers zetten genetische selectie in om duiven sneller te laten vliegen. Maar ook ware duivenpsychologie. Ze zetten bijvoorbeeld een ander mannetje bij het vrouwtje van hun wedstrijdduif, zodat deze getergd door jaloezie extra snel naar huis vliegt.
Wat hebben duiven en synthetische biologie dan gemeen?
Duiven zijn een perfect platform om de gevolgen van de synthetische biologie voor iedereen tastbaar en begrijpelijk te maken. Want door de gemanipuleerde bacterie aan de duif te voeren, verander je iets in de duif. En daarmee rotzooi je ook met hoe we samenleven in de stad. Bovendien kun je duiven al zien als een product van biotechnologie.
Is dat niet zo bij veel meer dieren?
Ja. In Engeland heb je veel hondenshows. Die dieren worden helemaal doorgefokt om er zo mooi mogelijk bij te lopen. Dat is ook een ontwerpproces. Maar juist duiven kennen een goed gecontroleerde genetisch ontwerpproces. Daarom was Charles Darwin ook bijzonder geïnteresseerd in duiven. En door zijn werk met duiven is hij vervolgens zelf ook duivenmelker geworden.
Originele lijntekeningen uit Darwins "Variation in Animals and Plants under Domestication" (1868).
Kunnen we nu allemaal Darwin worden?
Synthetische biologie is heel toegankelijk, vergelijkbaar met internet gaat het over open source ontwikkelingen. Er zijn een heleboel mensen bezig met het hacken van het DNA van bacteriën. Elk jaar wordt er een internationale competitie georganiseerd voor studenten. Al die nieuwe legoblokjes van DNA zetten ze in een online database. Daarmee kan iedereen verder bouwen.
En dat gebeurt dus niet alleen door wetenschappers, maar ook door hobbyisten in hun garage. En omdat het ‘maar’ bacteriën zijn - dus vrijwel onzichtbaar - staan de gevolgen ook niet direct ter discussie. Wat zijn die gevolgen als iedereen met die legoblokjes aan de slag gaat? En eigenlijk doen duivenmelkers al zoiets. Ze zijn een soort doe-het-zelf-wetenschappers.
Je zoekt sterk de link met de stad. Is de balans tussen de stad en natuur zoek?
Natuur! Dat is een ontzettend problematisch begrip. Al snel roepen mensen dat duiven zeep laten poepen ‘niet natuurlijk’ is. Maar wat is natuur? Dat is zoiets als god. Ik geloof niet in god en ik geloof ook niet in natuur. Als je mensen vraagt: wat is dan mooie natuur? Dan noemen ze landschappen en bossen. Maar die zijn ook gewoon door ons gemaakt. Het begrip wordt dogmatisch gebruikt, als een conservatieve ideologie. Dat is dus juist dat grijze gebied. Want welke natuur behouden we dan?
De vraag die natuurlijk op ieders lippen brandt: kun je nu duiven echt zeep laten poepen?
Ja, die bacterie hebben we gemaakt, met als basis een bacterie uit yoghurt: de lactobacillus. Maar dan komt het ethisch en legaal meest lastige deel. De regulering rond genetische modificatie is heel strikt. Je mag in het lab dus wel het DNA van die bacteriën wijzigen, maar je mag ze niet mee het lab uitnemen. Het zijn natuurlijk levende organismen. Dus dat heb ik dan ook niet gedaan.
Daar ligt jouw ethische grens.
Ja, dat zou illegaal zijn en dat wil ik niet. Ik heb het dus niet daadwerkelijk op duiven kunnen testen. Wel heb ik getest door duiven kleurstoffen te voeren. En we hebben onze legoblokjes van DNA toegevoegd aan de online database. Proof of principle, zo heet dat in de wetenschap.
En dan, de toekomst. Kan dit straks ook bij mensen? Dat bijvoorbeeld wildplassers stadsreinigers worden?
Nee met plas niet, dat is steriel, daarin bevinden zich geen bacteriën. Maar wel met onze kak. Een paar jaar geleden nog wijzigde het team van MIT in de wedstrijd, die ik eerder noemde, het DNA van de E. colibacterie. Dat is de bacterie die onze kak zijn stank geeft. De geur van de bacterie is gewijzigd zodat deze naar munt of banaan ruikt.
Dus in de toekomst kunnen we ons eigen lichaam hacken en perfectioneren?
Uw lijf bestaat maar voor 10% uit menselijke cellen. De rest is andere materie die in of op ons leeft zoals bacteriën. De grens tussen ons lichaam en daarbuiten is diffuus. Het belang van bacteriën voor ons lichaam is nog steeds niet volledig duidelijk. Laatst nog is er een onderzoek gepubliceerd waarin een relatie werd aangetoond tussen onze darmflora en ons geluksgevoel. En we grijpen ook al in op het ecosysteem van bacteriën in ons lichaam bijvoorbeeld door het drinken van het darmbacteriehoudend drankje Yakult. Dat zijn nog geen gemanipuleerde bacteriën, maar dat is slechts de volgende stap.
Meer informatie:
- Website Tuur van Balen: www.tuurvanbalen.com
- Website competitie DNA bacteriën: www.igem.org/about
Lees ook mijn blogpost Duivenpoep als stedenbouw over het project van Van Balen.