You are here: Home Blog Schoonheid verstopt in digitale netwerken, Florian Weigl

Schoonheid verstopt in digitale netwerken, Florian Weigl

Het gebruik van het netwerk als bindstructuur is een vaak vergeten maar essentieel onderdeel van internetcultuur. In Net Art gaat het veelal om de conceptuele ruimte waarin het werk gepresenteerd is. Tijdens haar lezing A New Form of Beauty schetst Josephine Bosma aan de hand van haar vorige jaar verschenen boek 'Nettitudes, Let's Talk Net Art' het belang van het bewust zijn van gebruikte technieken. Netwerk-technologie is een onderdeel van Net Art: het internet bestaat immers uit kilometers kabels, die door routers, switches en servers.

Precies het besef waar Josephine mee geconfronteerd werd toen ze na maanden getelefoneerd te hebben met een kunstenaar, in de metro in Londen gewezen werd op de meterslange telefoonkabels. De kabels waardoor ze al die maanden gepraat hadden.

Deze notie gaat lang niet altijd automatisch maar voegt wel een extra dimensie toe. Het zichtbaar maken van de technologische netwerken noemt Nocholas Bourriaud 'notabel absence'.
Als voorbeeld van Net Art geeft Bosma Interplay uit 1979. Een werk waarbij Robert Adrian en Richard Kriesche mochten experimenteren met IPSA-connectie. Zodra ze plaatsnamen en berichten naar elkaar stuurden, beseften ze dat de boodschappen niet direct van machine naar machine gingen, maar vanuit Wenen via Canada terug naar Wenen. Dit bewustzijn, het besef van een immateriële connectie is van groot belang bij hun werk.

Bosma noemt een aantal kunstwerken waarbij de schoonheid zit in het voelen en zichtbaar maken van deze (digitale) netwerken. Global String (2000) van Atau Tanaka bijvoorbeeld. Een installatie die bestaat uit twee gitaarsnaren,  één op het mediafestival waar jij bent en één op een vergelijkbaar evenement honderden kilometers verderop. Via het internet wordt het geluid doorgestuurd en breng je dus niet alleen jouw snaren maar ook de anderen in trilling. Kunst waarbij het idee van een netwerk direct voelbaar is. Of  bij Telematic Dreaming (1992)van Paul Sermon.  Een werk dat bestaat uit twee bedden, beide in een andere ruimte. Op het bed waar je als toeschouwer gaat liggen, wordt de persoon in de andere kamer geprojecteerd als een bijna spookachtig silhouet. In de andere ruimte word jij geprojecteerd. Een persoonlijke ervaring waarbij je je wordt van de verbinding op afstand.

Net Art en mediakunst zijn gebouwd op deze voelbare digitale connecties, die fungeren als legoblokken. Tijdens haar talk en q&a weet Josephine Bosma vanuit een andere invalshoek haar boek toe te lichten. Een reden voor velen om dit nog snel aan te schaffen bij WORM en waardoor ik met een ander besef naar mediakunst zal kijken.

Schoonheid verstopt in digitale netwerken, Florian Weigl
A New Form of Beauty – Josephine Bosma